Waardoor heb ik vochtproblemen in huis?
Vochtproblemen kunnen veel oorzaken hebben. Aan de hand van de kenmerken van het vochtprobleem is vaak al vast te stellen waardoor het vochtprobleem kan zijn ontstaan: door opstijgend of optrekkend vocht, door zouten in de muur, door condens, slagregen, bouwvocht of door infiltratie.
In onderstaande tabel zijn veel voorkomende kenmerken en hun mogelijke oorzaken weergegeven.
Daarna worden veel oorzaken beschreven.
Hoe herken ik of het om opstijgend vocht gaat of om andere oorzaken?
geen horizontale barrière
Tegenwoordig worden huizen beschermd tegen optrekkend vocht door een horizontale barrière net boven het maaiveld, bestaande uit bijvoorbeeld asfaltpapier of DPC-folie. Als deze laag afwezig of kapot is, kan het optrekkend vocht ongehinderd opstijgen.
defecte horizontale barrière
In de begintijd van de horizontale afdichtingen werd tijdens de bouw net boven het maaiveld een laag dakleer gebruikt. Eerst werd er een dikke laag cement op de hele stenenrij aangebracht om de laag zo vlak mogelijk te krijgen en daar werd het dakleer op gelegd. Bij een lange muur kon dit bij warm weer te lang duren, waardoor het cement al droogde en er geen goede hechting meer was met het dakleer. Zolang er tegen de muur nog een verticale afdichting was (trasraam of buitenstucwerk) bleef de muur waterdicht, maar zodra daar scheuren in komen zoekt het binnensijpelende water de weg van de minste weerstand en druppelt het naar binnen. Deze scheuren zijn van binnenuit af te dichten met tweecomponentenhars. Doordat deze niet altijd tot diep in de scheur doordringt, kan het nodig zijn om dit later nog eens te herhalen tot de gewenste afdichting bereikt is. De voorkeur is derhalve het definitief afdichten van buitenaf, hetgeen goed mogelijk is door nieuwe isolering of nieuw stucwerk. Vraag ook hierbij altijd om garantie!
optrekkend vocht uit de grond
Bakstenen bestaan uit een aaneenschakeling van kleine poriën die bij elkaar kanaaltjes vormen, waardoor water en de in het water opgeloste zouten door de capillaire werking mee naar boven worden getransporteerd. Dit is een zeer traag maar gestaag voortgaand proces. Hierdoor kan vocht tot wel meer dan 1 meter hoog in de muren omhoog trekken boven het maaiveld.
binnendringend ondergronds vocht
Bij keldermuren waar aan de buitenzijde geen waterwerende isolatie is of waarbij die isolatie beschadigd is, kan grond- of regenwater zijwaarts binnendringen en capillair opstijgen. Capillair opstijgend water is met de E-Dryer tegen te gaan. Drukkend grondwater dat door de muur heen sijpelt, kan alleen verholpen worden door de grond af te graven en de buitenzijde van de keldermuur ondoordringbaar te maken.
binnendringend bovengronds vocht
Regen die tegen de gevel slaat (slagregen) ofwel vochtdoorslag, kan in de muren indringen als de voegen tussen de bakstenen verouderd en poreus zijn, of via scheuren in het buitenstucwerk. Ook als de gevel gereinigd is of als de bakstenen gezandstraald zijn, is de buitenste waterwerende laag defect. Dan is impregneren (hydrofoberen) met een ademend impregneermiddel zinvol.
ademende muurafwerking (diffusie)
Diffunderende en absorberende bouwmaterialen en oppervlakken kunnen in een woonruimte een goede bijdrage leveren aan een aangenamer klimaat door bij een te hoge luchtvochtigheid vocht op te nemen (absorberen) en bij te lage luchtvochtigheid het vocht weer af te staan (verdamping). Tevens is een diffunderende muurafwerking van voordeel bij vocht dat ongewenst opgesloten is geraakt in de muur.
Geen enkele dampdichte folie, wandafwerking of voegafdichting is absoluut vochtondoorlatend of vrij van lekken. Het in scheurtjes, slechte afdichtingen of gaatjes indringende vocht wordt vaak capillair verder getransporteerd omhoog of dieper de muur in, en kan vervolgens door de dampdichte afwerking niet verdampen.
Dit is een van de grote oorzaken voor veel problemen aan gevels, houten kozijnen en afgewerkte houten panelen. Verbetert men de dampdichtheid van een gebouw, dan verhoogt men ook de druk op mogelijke probleemplekken: iedere spijker, wandcontactdoos of slechte folieafdichting is een potentieel pijnpunt. Let op, een dampopen folie (bijvoorbeeld Polytex Pro) laat geen vloeistoffen zoals hele waterdruppels door, maar laat wel vocht in de vorm van fijne waterdamp door.
Diffusie (transport) van vocht, CO2 of zuurstof in de lucht ontstaat door een verschil in temperatuur, vochtgehalte of luchtdruk. Vooral bij seizoenswisselingen (als bijvoorbeeld door langdurige zon op de buitenmuur de wand opwarmt) kan er condensvorming optreden op het vlak tussen isolatie en dampdichte laag: als daar in de constructie hout is gebruikt, kan het daar tot schimmelvorming komen. Hierdoor kan een eeuwenoud gebouw door verkeerde isolerende maatregelen in enkele jaren ernstige vochtproblemen krijgen. Ook de isolerende werking van een vochtige muur neemt sterk af doordat vocht een goede warmtegeleider is.
In deze gevallen is het belangrijk om de oorzaak van het probleem (vochtophoping!) aan te pakken en niet het gevolg (condens, schimmel en vocht in de muren). Hierbij zijn een horizontale barrière op maaiveldniveau of de fundering vrijleggen en isoleren niet de juiste oplossing (en ook omgekeerde osmose niet).
Vooral bij oude objecten is het daarom zinvol om wandafwerking te gebruiken die dampopen is.
vocht in de kruipruimte door:
- inzijgend regenwater
- lekkende riolering
- lekkende waterleiding
- hoog grondwaterpeil
- optrekkend vocht vanuit de open grond
- condensatie van afkoelende ventilatielucht
bouwvocht
Na het opnieuw stuccen van een oude muur lijken er plotseling vochtproblemen te ontstaan. Bij een oude muur met opstijgend vocht kon het vocht voorheen met een pleisterlaag van kalkcement relatief goed verdampen door de grovere poriën en de vochtbestendigheid van de kalkcementlaag. Wanneer deze oude pleisterlaag nu wordt afgewerkt met moderne pleister (gips), werkt de pleister door de superfijne poriën als een dichtingslaag. Hierdoor kan het opstijgend vocht niet meer verdampen: de pleisterlaag droogt niet uit en er ontstaan bultjes in de verf en pluisjes op de muur. Meer daarover in Herken Optrekkend Vocht.
opstuwend grondwater
Bij buitenmuren die tegen een helling liggen kan water tegen de gevel aanstromen en uiteindelijk in de muur deels via de capillairen omhoog migreren.
hoge grondwaterstand
Bij een kruipruimte of kelder waar langdurig water blijft staan, trekt het water in de muur omhoog.
onvoldoende luchting veroorzaakt dauwpuntoverschrijding of condensatievocht
Zodra met waterdamp verzadigde warme lucht afkoelt, kan de lucht minder waterdamp bevatten en dan slaat dit vocht neer op de koudste plaatsen. Er zijn veel voorbeelden van. Een koude luchtstroom die via scheuren in de spouwmuur de binnenmuur afkoelt: een ijskoude vloer waardoor de muren onderlangs koud blijven: een tochtstroom door elektraleidingen die langs de buitenmuur lopen, veel vochtproductie in badkamer of keuken, onvoldoende ventilatie, vernieuwde kozijnen in een oud huis, enz.
zoutophoping (hygroscopisch vocht)
In water zitten altijd diverse zouten opgelost. Water dat omhoog stijgt, neemt deze zouten mee. Zodra het water kan verdampen, blijft het zout achter. Daar neemt de zoutconcentratie in het achterblijvende water toe, waardoor er nieuw water naar toe migreert. Zo wordt er dus continu water nageleverd. Uiteindelijk kan daar zelfs zout neerslaan. Dit zout werkt hygroscopisch, waardoor het (als er minder water omhoog stijgt) vocht uit de lucht kan gaan aantrekken. Zo kan de muur vochtig blijven ondanks dat er geen capillair vocht wordt nageleverd! Dit is vooral zichtbaar bij wisselende temperaturen en wisselende luchtvochtigheid.
ondichte dilataties, zettingverschillen
Als bij een bestaand huis naderhand wordt aangebouwd zijn vaak de aansluitnaden ondicht, of is onvoldoende rekening gehouden met zettingverschillen.
kapotte leidingen (drukleidingen of HWA)
Een buitenkraan waarvan de leidingverbinding precies in de muur lekt, of een hemelwaterafvoer die met een lekkende naad tegen de muur zit: het zijn voor de hand liggende en makkelijk herkenbare natte plekken maar het dient wel snel gerepareerd te worden. Langdurige lekkages migreren naar binnen en zouten blijven ook na het verhelpen van de lekkage in de muur achter.
lekkende daken of dakconstructies
Problemen op het dak zijn soms moeilijk te detecteren: oudere huizen waarbij een lekkende dakgoot op de buitenmuur ligt, niet afgedekte schoorstenen, verouderd dakleer op platte daken of dakuitbouwen met beschadigde afwerkingen.
zonzijde en schaduwzijde
Muren aan de zuidwestzijde hebben over het algemeen meer te lijden van slagregen. Muren aan de noordoostzijde hebben aan de binnenzijde vaker last van condensatie doordat de muren verder afkoelen door minder zon in de winter. Doordat eventueel vocht in de muur dan ook minder snel verdampt, duurt het ook langer voordat deze muren opwarmen.
ondergrondse probleemlagen
Wateraders, ondergrondse stromingen, oude waterputten, breuklijnen in de aarde: moeilijk te detecteren oorzaken, maar uiteindelijk veroorzaken ze vochtophoping rond de fundering of de keldermuren. Het kan resulteren in capillair optrekkend vocht, hetgeen met de E-Dryer is tegen te gaan.
chemische reacties tussen bakstenen en stucwerk
Zouten die in de muur achterblijven als optrekkend vocht verdampt, kunnen bestaan uit sulfaten (uitbloeiend: witte uitbloeiingen), nitraten (hygroscopisch: 'natblijvende plekken') of chloriden (uitbloeiend en hygroscopisch). Door de verkeerde afwerklaag aan te brengen blijft het vochtniveau hoog of wordt er zelfs extra vocht aangetrokken. Het zout dient vooraf geneutraliseerd (gebufferd) of afgeschermd (primer/noppenfolie) worden of er kan een saneerputz gebruikt worden.
opspattend water
Oude woonhuizen, stallen of schuren hebben vaak geen dakgoten. Regenwater valt op de grond en spat omhoog tegen de muren. Een gladde vloer versterkt het opspatten, grind vermindert dit effect. Door de onderste steenlagen van minder poreus steen te metselen en speciaal cement te nemen, zijn problemen tegen te gaan (zie: trasraam).
metalen
Veel metalen die in het huis verwerkt zijn en die met de grond in contact staan, werken verstorend op het potentiaalverschil en kunnen daardoor de capillaire werking van de bakstenen versterken. Over het algemeen geldt: alle metalen leidingen (waterleiding, regenpijp, bliksemafleider, deurlijsten, dakgoten) isoleren en niet ongeïsoleerd in of op de muren aanbrengen.
spouwmuur
Vroeger werden huizen halfsteens of enkelsteens (zonder spouwmuur) gebouwd. Water dat dan in de bakstenen terecht kwam, kon op die manier direct in huis zichtbaar worden. Tegenwoordig worden spouwmuren toegepast. Een holle spouw tussen het binnenblad en buitenblad mag niet vervuild zijn (bijvoorbeeld speciebaarden), waardoor vocht overgedragen kan worden van de binnen- naar de buitenmuur. Oude boerderijen hebben soms een holle spouw die aan de bovenzijde open is: bij opslag op de zolder kan er gemakkelijk vuil in terecht komen.
Bij een holle spouwmuur kan makkelijk tocht in de spouw ontstaan: hierdoor kan de muur ter plaatse sterk afkoelen, waardoor binnen het dauwpunt wordt onderschreden en er plekken kunnen ontstaan die sterk op optrekkend vocht lijken.
trasraam
De onderste steenlagen worden gewoonlijk van een hardere steensoort (klinkers) gemetseld, die niet gemakkelijk water opnemen. Ook de voeg wordt daarbij gevoegd met een hardere, waterwerende trascement.
kleilaag
Kelders doorbreken soms meerdere grondlagen. Indien er een kleilaag onder een zandlaag aanwezig is, zal het water niet makkelijk door de kleilaag heen komen: water kan dan de weg van de minste weerstand opzoeken en zo bij de kelder indringen.
Optrekkend vocht? Ik wil droge muren!
Benieuwd of de E-Dryer voor u ook de juiste oplossing is?
Bel naar 085-0606246 of de expert 06-81048019.
Stuur een terugbelverzoek.
Mail naar info@drogemuren.nl of kijk op de contactpagina voor de rechtstreekse mailadressen.